Welke studie voor basisonderwijs?

Welke studie voor basisonderwijs?

Om als basisschoolleraar te werken, heb je een hbo-opleiding Pedagogiek en/of Onderwijskunde (Pabo) nodig. Deze opleiding duurt vier jaar en is gericht op het leren van de theorie en praktijk van het lesgeven in het basisonderwijs.

Gedurende de Pabo-opleiding volg je vakken als:

• Pedagogiek: de theorie van opvoeding en onderwijs
• Didactiek: de methoden en technieken van het lesgeven
• Onderwijskunde: de organisatie en structuur van het onderwijs
• Vakinhoudelijke vakken: Nederlands, rekenen, geschiedenis, aardrijkskunde, natuur en techniek

Naast de verplichte vakken kun je ook keuzevakken volgen, zoals:

• Speciaal onderwijs
• Muziek
• Beeldende vorming
• ICT

Je loopt tijdens de Pabo-opleiding ook stage op verschillende basisscholen. Hierdoor krijg je praktijkervaring en leer je het vak van basisschoolleraar in de praktijk kennen.

Na het behalen van je Pabo-diploma ben je bevoegd om les te geven in het basisonderwijs. Je kunt dan werken als groepsleerkracht, vakleerkracht of remedial teacher.

Combinatie met een universitaire studie

Je kunt de Pabo-opleiding eventueel combineren met een universitaire studie. Dit is vooral interessant als je later leidinggevende functies in het onderwijs wilt uitoefenen, zoals schoolleider of onderwijsbegeleider.

Je kunt bijvoorbeeld de Pabo combineren met een bacheloropleiding Onderwijswetenschappen of Onderwijskunde. Deze universitaire opleidingen geven je een verdieping in de theorie van het onderwijs en de organisatie van het onderwijssysteem.

Na het behalen van je universitaire diploma heb je de mogelijkheid om door te studeren voor een masteropleiding Onderwijsmanagement of Onderwijskunde. Deze masteropleidingen bereiden je voor op leidinggevende functies in het onderwijs.