Wie heeft het grootste veld van de Eredivisie?

De reusachtige grasmatten van Zwolle, Nijmegen en Doetinchem: wie heeft het grootste veld in de Eredivisie?

De Eredivisie, bekend om haar spectaculaire doelpunten, intense duels en de strijd om de landstitel, kent een fascinerend detail dat vaak over het hoofd wordt gezien: de afmetingen van de speelvelden. Terwijl de topclubs zich focussen op de laatste tactische snufjes en het binnenhalen van wereldsterren, beschikken drie onverwachte clubs over de grootste grasmatten van de competitie: PEC Zwolle, NEC Nijmegen en De Graafschap.

Deze clubs, die niet per definitie bekend staan om hun dominante positie in de Eredivisie, delen een gemeenschappelijk kenmerk: een indrukwekkend veld van maar liefst 105 meter lang en 69 meter breed. Dit is aanzienlijk groter dan de gemiddelde afmetingen van de velden in de Eredivisie, waar vaak wordt gespeeld op een iets kleiner veld van rond de 105 x 68 meter. Het verschil lijkt minimaal, maar voor de spelers op het veld betekent die extra meter breedte een aanzienlijke toename van ruimte.

De keuze voor deze grotere afmetingen is waarschijnlijk multifactorieel. Het kan te maken hebben met de ruimtelijke mogelijkheden van de stadions, de specifieke eisen van de gemeentelijke regelgeving of simpelweg een bewuste strategische keuze van de clubs. Een ruimer veld biedt bijvoorbeeld meer ruimte voor counter aanvallen, mogelijkheden voor brede combinatiespel en kan het spel meer open maken.

Ironisch genoeg zijn het dus niet de traditionele topclubs als Ajax, Feyenoord en PSV die beschikken over de grootste speelvelden. Deze clubs spelen op velden die, hoewel ruim, toch iets compacter zijn. Dit wijst erop dat de optimale veldgrootte geen absolute garantie is voor succes in de Eredivisie. Het succes van een club hangt immers af van een complex samenspel van factoren, gaande van de kwaliteit van de spelers en de tactiek van de trainer tot de sfeer in het stadion en het enthousiasme van de supporters.

De observatie over de veldgroottes van PEC Zwolle, NEC Nijmegen en De Graafschap laat zien dat zelfs in de meest competitieve omgevingen, de details – hoe klein ze ook mogen lijken – een significant verschil kunnen maken. Het benadrukt de variatie en de nuances binnen de Eredivisie, en toont aan dat de strijd om de overwinning zich op meer dan één vlak afspeelt. Misschien is het wel tijd om de afmetingen van het speelveld eens wat meer aandacht te geven, naast de goals, kaarten en de eindstand.