Welk vetpercentage is droog?

De mythe van het “droog” zijn: Welk vetpercentage is nu echt droog?

De term “droog” wordt veel gebruikt in de fitnesswereld en verwijst naar een fysiek waarbij de spieren duidelijk zichtbaar zijn, met minimale onderhuidse vetlaag. Maar welk vetpercentage hoort daar nu precies bij? Het antwoord is genuanceerder dan een simpel getal en hangt af van verschillende factoren, waaronder geslacht, leeftijd en genetische aanleg.

Hoewel vaak wordt geroepen dat mannen tussen 20 en 40 jaar een vetpercentage van 10-12% nodig hebben voor een “droge” look, is dit een generalisatie. Realiteit is dat een dergelijk laag vetpercentage voor veel mannen onhoudbaar of zelfs ongezond kan zijn op lange termijn. Het kan leiden tot hormonale disbalans, verminderde energielevels en een verhoogd risico op blessures. Een vetpercentage rond de 15% wordt in deze leeftijdsgroep over het algemeen als gezond én fit beschouwd. Bij dit percentage zijn de spieren al goed zichtbaar, zonder de potentiële nadelen van een extreem laag vetpercentage.

Voor vrouwen ligt het anders. Vrouwen hebben van nature een hoger vetpercentage dan mannen, nodig voor essentiële lichaamsfuncties zoals hormoonproductie en menstruatiecyclus. Een “droge” fysiek voor vrouwen in de leeftijdscategorie 20-40 jaar betekent gemiddeld een vetpercentage dat ongeveer 10% hoger ligt dan bij mannen met een vergelijkbaar resultaat. Denk dus aan een percentage rond de 20-22% voor een zichtbaar gespierde look. Ook hier geldt: een lager percentage is niet per se gezonder en kan leiden tot gezondheidsproblemen.

Het is belangrijk om te onthouden dat deze percentages slechts richtlijnen zijn. Ieders lichaam is uniek. Genetische factoren spelen een rol in de vetverdeling en spierdefinitie. Focus daarom niet blind op een specifiek getal, maar op een gezonde en duurzame levensstijl. Een gebalanceerd dieet, regelmatige krachttraining en voldoende rust zijn cruciaal voor het opbouwen van spiermassa en het verlagen van het vetpercentage op een gezonde manier. Raadpleeg een professional, zoals een diëtist of personal trainer, voor persoonlijk advies. Zij kunnen je helpen realistische doelen te stellen en een plan te ontwikkelen dat bij jouw lichaam en levensstijl past. Uiteindelijk draait het niet om het najagen van een arbitrair getal, maar om je fit, gezond en energiek te voelen in je eigen lichaam.