Waarom heeft aluminiumfolie twee kanten?

Het mysterie van de twee kanten van aluminiumfolie ontrafeld

Aluminiumfolie: onmisbaar in elke keuken. Maar heeft u zich ooit afgevraagd waarom het aan twee kanten een verschillend uiterlijk heeft? Een kant glanst, de andere is dof. Is er een functioneel verschil? Is er een ‘goede’ en een ‘slechte’ kant? Het antwoord is verrassend simpel, en heeft alles te maken met het productieproces.

De perceptie dat er een functioneel verschil is tussen de glanzende en matte kant is een hardnekkige mythe. De waarheid is dat het verschil puur esthetisch is. Het ontstaat tijdens het walsproces, de methode waarmee aluminiumfolie wordt geproduceerd.

Het dunne aluminium wordt niet als enkelvoudige laag gewalst. Om scheuren en breuken tijdens dit proces te voorkomen, worden twee dunne lagen aluminium tegelijkertijd tussen twee gepolijste stalen walsen geperst. De buitenzijden van de twee aluminiumlagen komen in direct contact met het gladde oppervlak van de walsen. Dit resulteert in de glanzende kant die we kennen. De lagen aluminium zelf raken elkaar tijdens het walsen, waardoor de binnenzijde van elke laag een matte afwerking krijgt. Deze zijden zitten dus tegen elkaar aangeplakt tijdens het hele proces. Na het walsen wordt het dubbele folie in tweeën gesplitst, waardoor we het bekende folie met een glanzende en een matte kant overhouden.

Hoewel het visueel een verschil oplevert, heeft dit geen enkele invloed op de kookprestaties of andere toepassingen van het folie. Beide kanten hebben exact dezelfde eigenschappen qua warmtegeleiding, luchtdichtheid en bescherming tegen vocht. U kunt de folie dus gerust aan beide kanten gebruiken; het maakt absoluut geen verschil.

Kortom, het verschil tussen de glanzende en de matte kant van uw aluminiumfolie is een direct gevolg van het productieproces. Een elegant, maar functioneel irrelevant detail. Dus de volgende keer dat u aluminiumfolie gebruikt, kunt u zich concentreren op het recept, in plaats van op de kant!