Hoe komt het dat je blijft drijven?

Hoe blijf je drijven?

Drijven of zinken is een fenomeen dat wordt bepaald door de wisselwerking tussen twee krachten: de zwaartekracht en de opwaartse kracht.

Zwaartekracht

De zwaartekracht is een kracht die alle objecten naar het middelpunt van de aarde trekt. Deze kracht is evenredig met de massa van het object. Hoe groter de massa, hoe groter de zwaartekracht.

Opwaartse kracht

De opwaartse kracht is een kracht die ontstaat wanneer een object in een vloeistof (zoals water) wordt ondergedompeld. Deze kracht is evenredig met het volume van de vloeistof dat door het object wordt verdrongen. Hoe groter het volume van de verdrongen vloeistof, hoe groter de opwaartse kracht.

Drijven of zinken

Of een object drijft of zinkt, hangt af van de relatieve grootte van de zwaartekracht en de opwaartse kracht. Als de opwaartse kracht groter is dan de zwaartekracht, zal het object drijven. Als de zwaartekracht groter is dan de opwaartse kracht, zal het object zinken.

Zelfs bij zinken blijft er een opwaartse kracht

Zelfs als een object zinkt, blijft er een opwaartse kracht op het object inwerken. Deze kracht is echter niet groot genoeg om het object boven water te houden. De opwaartse kracht kan wel helpen om de snelheid van het zinken te vertragen.