Hoeveel kleiner word je als je ouder wordt?

Krimpen met de jaren: Hoeveel kleiner word je eigenlijk als je ouder wordt?

We associëren ouder worden vaak met rimpels en grijze haren, maar er is nog een minder zichtbare verandering die zich met de jaren voltrekt: we worden kleiner. Hoewel dit proces geleidelijk verloopt, kan het over een heel leven een aanzienlijk verschil maken. Maar hoeveel kleiner word je nu precies en wanneer begint deze krimp?

Tussen onze dertigste en zestigste verjaardag verliezen we gemiddeld zo’n 1 centimeter lengte per decennium. Dit betekent dat je op je zestigste potentieel al 3 centimeter kleiner bent dan op je dertigste. Na je zestigste levensjaar versnelt dit proces, waardoor het lengteverlies toeneemt.

Uiteindelijk kan de totale krimp oplopen tot gemiddeld 5 tot 8 centimeter tegen het einde van het leven. Dit betekent dat iemand die op zijn of haar hoogtepunt 1.80 meter lang was, op latere leeftijd rond de 1.72 tot 1.75 meter kan zijn.

Het is belangrijk te benadrukken dat deze cijfers gemiddelden zijn. De individuele variatie is aanzienlijk en hangt af van verschillende factoren, zoals genetische aanleg, levensstijl en eventuele onderliggende gezondheidsproblemen. Sommige mensen krimpen nauwelijks, terwijl anderen aanzienlijk meer lengte verliezen dan het gemiddelde.

De belangrijkste oorzaak van deze krimp is het verlies van botdichtheid in de wervelkolom. De tussenwervelschijven, die als kussentjes tussen de wervels fungeren, verliezen vocht en worden dunner. Ook kunnen de wervels zelf inzakken door osteoporose, wat bijdraagt aan het lengteverlies. Een gebogen houding, vaak een gevolg van verzwakte rugspieren, kan dit effect verder versterken.

Hoewel krimpen een natuurlijk onderdeel is van het verouderingsproces, zijn er wel manieren om het proces te vertragen. Een gezonde levensstijl met voldoende calcium en vitamine D, regelmatige lichaamsbeweging en het vermijden van roken spelen een belangrijke rol in het behoud van botdichtheid en het minimaliseren van lengteverlies. Raadpleeg bij zorgen over overmatig lengteverlies altijd een arts.