Waarom blijft het object drijven of zinken?

15 weergave
Een voorwerp drijft of zinkt afhankelijk van de verhouding tussen zijn gewicht (zwaartekracht) en de opwaartse kracht van het water. De opwaartse kracht, die op alle ondergedompelde objecten werkt, is gelijk aan het gewicht van de verplaatste vloeistof. Drijft het object, dan overtreft de opwaartse kracht de zwaartekracht.
Opmerking 0 leuk

Waarom drijft of zinkt een object?

De drijfbaarheid van een object wordt bepaald door de verhouding tussen zijn gewicht (zwaartekracht) en de opwaartse kracht van het water.

Opwaartse kracht

Opwaartse kracht is een kracht die inwerkt op ondergedompelde objecten en wordt veroorzaakt door de hydrostatische druk van de omringende vloeistof. De opwaartse kracht is gelijk aan het gewicht van de vloeistof die wordt verplaatst door het object.

Drijfvermogen

Een object zal drijven als de opwaartse kracht groter is dan de zwaartekracht. Dit betekent dat het object een lagere dichtheid heeft dan de vloeistof. De dichtheid is de massa per volume-eenheid.

Zinkvermogen

Een object zal zinken als de zwaartekracht groter is dan de opwaartse kracht. Dit betekent dat het object een hogere dichtheid heeft dan de vloeistof.

Voorbeeld

Beschouw een stalen voorwerp met een dichtheid van 7,85 g/cm³. Als dit voorwerp wordt geplaatst in water met een dichtheid van 1 g/cm³, zal het zinken omdat de dichtheid van het voorwerp groter is dan de dichtheid van het water.

Aan de andere kant, als hetzelfde stalen voorwerp wordt geplaatst in kwik met een dichtheid van 13,6 g/cm³, zal het drijven omdat de dichtheid van het voorwerp kleiner is dan de dichtheid van het kwik.

Conclusie

De drijfbaarheid of het zinkvermogen van een object wordt bepaald door de verhouding tussen zijn dichtheid en die van de omringende vloeistof. Objecten met een lagere dichtheid dan de vloeistof zullen drijven, terwijl objecten met een hogere dichtheid zullen zinken.