Wanneer heb ik geen recht op een transitievergoeding?

Wanneer heb ik géén recht op een transitievergoeding?

Het recht op een transitievergoeding bij ontslag is voor veel werknemers een belangrijke zekerheid. Maar niet iedereen heeft automatisch recht op deze vergoeding. Er zijn verschillende situaties waarin een werknemer deze vergoeding misloopt. Laten we die eens nader bekijken:

1. AOW-gerechtigde leeftijd: Bereikt u de AOW-gerechtigde leeftijd tijdens of vlak na uw dienstverband, dan heeft u in principe geen recht op een transitievergoeding. De wetgever gaat er vanuit dat u op deze leeftijd geen nieuwe baan meer zoekt en dus geen ondersteuning vanuit een transitievergoeding nodig heeft. Let op: dit is een vereenvoudigde weergave. De precieze bepalingen zijn complex en afwijkingen zijn mogelijk afhankelijk van de specifieke omstandigheden. Raadpleeg bij twijfel altijd een jurist of arbeidsrecht specialist.

2. Zelf ontslag nemen: Dit is de meest voor de hand liggende reden. Als u zelf uw baan opgeeft, ongeacht de reden (een betere baan, persoonlijke omstandigheden, etc.), heeft u geen recht op een transitievergoeding. Ook hierbij zijn uitzonderingen denkbaar, bijvoorbeeld bij ontslag wegens dringende redenen (denk aan ernstig pesten of discriminatie). In dergelijke gevallen kan het toch mogelijk zijn om een vergoeding te claimen, maar dit vereist juridisch advies en bewijsvoering.

3. Ontslag op staande voet: Bij ontslag op staande voet wegens ernstig verwijtbaar gedrag van de werknemer, vervalt het recht op een transitievergoeding. Dit soort ontslag vindt plaats als de werknemer zich ernstig misdragen heeft, waardoor voortzetting van de arbeidsovereenkomst onmogelijk is. Denk aan diefstal, ernstige agressie of herhaaldelijk en bewust het niet nakomen van essentiële taken. De werkgever moet wel kunnen aantonen dat er sprake is van een gerechtvaardigde reden voor het ontslag op staande voet.

4. Werkgever faillissement: Bij een faillissement van de werkgever is de situatie complexer. In principe vervalt het recht op een transitievergoeding, omdat er geen geld meer is om uit te keren. Echter, via het UWV kan er wel een WW-uitkering worden aangevraagd, wat een deel van de transitievergoeding kan compenseren.

5. Korte dienstverbanden: Voor zeer korte dienstverbanden (korter dan 2 jaar) geldt een lagere of geen transitievergoeding. De exacte duur van het dienstverband waarop de transitievergoeding van toepassing is, is wettelijk vastgelegd en kan per geval verschillen.

Conclusie:

Het recht op een transitievergoeding is afhankelijk van diverse factoren. De bovenstaande punten geven een overzicht van situaties waarin dit recht vaak vervalt. Om zekerheid te verkrijgen over uw eigen situatie, is het raadzaam juridisch advies in te winnen bij een jurist of specialist arbeidsrecht. Zij kunnen uw specifieke situatie beoordelen en u informeren over uw rechten en mogelijkheden. Vertrouw niet alleen op algemene informatie online; de details zijn cruciaal en kunnen per geval verschillen.