Hoe bereken je i1?

De Stroom door Lampje 1: Een Stap-voor-Stap Uitleg

In elektrische schakelingen is het bepalen van de stroomsterkte door individuele componenten essentieel voor het begrijpen van het gedrag van het gehele circuit. Laten we eens kijken hoe we de stroom (I1) door een specifiek lampje kunnen berekenen, gegeven bepaalde parameters.

Stel je voor: we hebben een eenvoudig circuit met een batterij van 12 Volt (U = 12V) en een lampje met een weerstand van 20 Ohm (R = 20Ω). We willen de stroomsterkte (I1) door dit lampje bepalen.

De sleutel tot het oplossen van dit probleem is de wet van Ohm, een fundamentele wet in de elektrotechniek. Deze wet beschrijft het verband tussen spanning (U), stroomsterkte (I) en weerstand (R) en wordt wiskundig weergegeven als:

I = U / R

Waarbij:

• I de stroomsterkte is in Ampère (A)
• U de spanning is in Volt (V)
• R de weerstand is in Ohm (Ω)

In ons geval kennen we de spanning (U = 12V) en de weerstand van het lampje (R = 20Ω). We kunnen deze waarden direct in de wet van Ohm substitueren om de stroomsterkte I1 te berekenen:

I1 = U / R = 12V / 20Ω = 0,6 A

De stroomsterkte door lampje 1 (I1) is dus 0,6 Ampère. Dit betekent dat er 0,6 Coulomb aan lading per seconde door het lampje stroomt.

Het is belangrijk om te onthouden dat deze berekening alleen geldig is voor het eenvoudige geval van één lampje direct aangesloten op de batterij. In complexere circuits met meerdere componenten in serie of parallel, verandert de berekening aanzienlijk en moeten andere methoden, zoals de wetten van Kirchhoff, worden toegepast. De stroom I1 vormt echter wel de basis voor verdere berekeningen in een meer complex circuit, aangezien het de stroom is die vanuit de spanningsbron vertrekt en door het eerste element stroomt. Een goed begrip van de wet van Ohm is daarom fundamenteel voor het analyseren van alle elektrische circuits.