Wat is de wettelijke rente op de successiewet?

0 weergave

Wanneer nabestaanden geen renteafspraken maken over de kindsdelen, schrijft de wet voor dat de langstlevende rente betaalt. Dit geldt enkel als de wettelijke rente hoger is dan 6%. Momenteel is de wettelijke rente 7%, wat betekent dat de langstlevende over het kindsdeel 1% rente per jaar moet vergoeden.

Opmerking 0 leuk

De wettelijke rente bij successiewetgeving: een duiding

De successieregeling, die regelt hoe de erfenis verdeeld wordt na overlijden, kan complexe situaties opleveren, zeker wanneer het gaat om de verdeling van kindsdelen. Wanneer er geen expliciete afspraken zijn gemaakt over de betaling van rente op uitstaande kindsdelen, grijpt de wet in. Dit artikel duidt de wettelijke rente in dit specifieke context.

De stelling dat de langstlevende automatisch rente moet betalen over uitstaande kindsdelen aan de erfgenamen is een vereenvoudiging. De wet schrijft namelijk voor dat de langstlevende alleen rente verschuldigd is als de wettelijke rente hoger is dan 6%. Deze voorwaarde is cruciaal. De wettelijke rente is een dynamisch percentage, bepaald door de Nederlandse overheid en onderhevig aan veranderingen.

Momenteel (oktober 2023) bedraagt de wettelijke rente 7%. Dit betekent dat als er geen afspraken zijn gemaakt over rentevergoedingen op de kindsdelen, de langstlevende wél rente verschuldigd is aan de erfgenamen die hun kindsdeel nog niet hebben ontvangen. De rente die de langstlevende dient te betalen bedraagt dan het verschil tussen de wettelijke rente en de 6%-grens, dus in dit geval 1% per jaar (7% – 6% = 1%).

Het is echter belangrijk om te benadrukken dat deze 1% jaarlijks berekend wordt over het nog openstaande bedrag van het kindsdeel. De rente wordt dus niet eenmalig berekend bij het moment van afwikkeling van de erfenis, maar loopt door totdat het volledige kindsdeel is voldaan.

Belang van expliciete afspraken: Om juridische onzekerheid en eventuele conflicten te voorkomen, is het ten zeerste aan te bevelen om duidelijke en schriftelijke afspraken te maken over de betaling van kindsdelen en eventuele rentevergoedingen in een testament of een andere bindende overeenkomst. Dit voorkomt onduidelijkheid en potentiële geschillen tussen de erfgenamen en de langstlevende.

Conclusie: De wettelijke rente bij successiewetgeving is afhankelijk van de wettelijk vastgestelde rente. Alleen als deze boven de 6% uitkomt, is de langstlevende verplicht rente te betalen over uitstaande kindsdelen. De huidige 7% impliceert een rentevergoeding van 1% per jaar. Het is echter essentieel om, ter voorkoming van latere conflicten, duidelijke afspraken vast te leggen in een juridisch bindend document. Bij twijfel of voor specifieke situaties is het raadzaam om juridisch advies in te winnen.