Welke ziekten veroorzaken obstipatie?

4 weergave

Obstipatie kan ontstaan door fysieke obstructies zoals littekenweefsel of tumoren in de dikke darm. Ook neurologische aandoeningen, waaronder multiple sclerose, beroertes en ruggenmergletsel, kunnen de darmfunctie verstoren en tot obstipatie leiden.

Opmerking 0 leuk

Obstipatie: Wanneer een trage darm meer is dan een ongemak

Obstipatie, gekenmerkt door moeizame, infrequent of onvolledige stoelgang, is een veelvoorkomende klacht. Hoewel vaak gerelateerd aan leefstijlfactoren zoals een vezelarm dieet en te weinig beweging, kan obstipatie ook een symptoom zijn van onderliggende ziekten. Het is belangrijk om de mogelijke oorzaken te kennen, zodat tijdig de juiste behandeling kan worden ingezet.

Naast de bekende leefstijlfactoren, kunnen diverse aandoeningen de darmtransit vertragen en tot obstipatie leiden. Deze kunnen grofweg worden ingedeeld in mechanische obstructies en neurologische aandoeningen.

Mechanische obstructies: Hierbij belemmeren fysieke blokkades de passage van de ontlasting. Dit kan worden veroorzaakt door:

  • Littekenweefsel (adhesies): Na buikoperaties of ontstekingen kan littekenweefsel zich vormen in de buikholte, waardoor darmlussen aan elkaar kunnen vastkleven en de doorgang belemmeren.
  • Tumoren: Goedaardige of kwaadaardige gezwellen in de dikke darm kunnen de darm vernauwen en de stoelgang bemoeilijken. Dit kan gepaard gaan met andere symptomen, zoals bloed in de ontlasting, gewichtsverlies en buikpijn.
  • Divertikels: Uitstulpingen in de darmwand (divertikels) kunnen ontstoken raken (diverticulitis) en de darmfunctie verstoren.
  • Darmverzakking (rectocele): Een deel van de endeldarm kan uitpuilen in de vagina, wat de stoelgang kan belemmeren. Dit komt vaker voor bij vrouwen.
  • Anale fissuren en aambeien: Pijnlijke anale fissuren of aambeien kunnen leiden tot het uitstellen van de stoelgang, wat de obstipatie verergert.

Neurologische aandoeningen: Zenuwbeschadigingen kunnen de communicatie tussen de hersenen en de darmen verstoren, waardoor de darmspieren niet goed functioneren. Voorbeelden hiervan zijn:

  • Multiple sclerose (MS): Deze auto-immuunziekte tast de beschermlaag van zenuwen aan, wat de darmfunctie kan beïnvloeden.
  • Beroerte (CVA): Een beroerte kan schade aan de hersenen veroorzaken, met mogelijk gevolgen voor de darmcontrole.
  • Ruggenmergletsel: Schade aan het ruggenmerg kan de zenuwsignalen naar de darmen verstoren, wat kan leiden tot obstipatie of juist incontinentie.
  • Ziekte van Parkinson: Deze neurodegeneratieve aandoening kan ook de darmmotiliteit beïnvloeden.

Daarnaast kunnen bepaalde medicijnen, zoals sommige pijnstillers, antidepressiva en ijzersupplementen, bijwerkingen hebben die obstipatie veroorzaken. Ook hormonale veranderingen, zoals tijdens de zwangerschap of de menopauze, kunnen de darmfunctie beïnvloeden.

Aanhoudende of verergerende obstipatie, gepaard gaande met andere symptomen zoals buikpijn, bloed in de ontlasting of onverklaarbaar gewichtsverlies, vereist medisch onderzoek. Een arts kan de oorzaak van de obstipatie vaststellen en een passende behandeling adviseren. Zelfbehandeling met laxeermiddelen zonder overleg met een arts wordt afgeraden, omdat dit de onderliggende oorzaak kan maskeren en op lange termijn de darmfunctie kan verstoren.