Hoeveel ml water mag een baby?

5 weergave

Na 6 maanden mag je je kindje af en toe water geven. Tot 8 maanden is de aanbevolen hoeveelheid 120-130 ml per dag en van 8 tot 12 maanden 100-110 ml.

Opmerking 0 leuk

Hoeveel water mag mijn baby drinken? Een vraag met nuance

De vraag hoeveel water een baby mag drinken, is niet zo eenvoudig te beantwoorden als een simpel getal. Het hangt namelijk af van verschillende factoren, waaronder de leeftijd, de voeding en het klimaat. Te weinig water kan uitdroging veroorzaken, maar te veel water kan eveneens schadelijk zijn. Daarom is het belangrijk om de richtlijnen te begrijpen en te observeren hoe je baby reageert.

Voor de eerste 6 maanden: Borstvoeding of flesvoeding voorziet in principe in alle vochtbehoeften van een baby jonger dan 6 maanden. Extra water is dan over het algemeen niet nodig en kan zelfs schadelijk zijn, omdat het de inname van essentiële voedingsstoffen uit de moedermelk of flesvoeding kan verdunnen. Overleg altijd met je arts of consultatiebureau als je twijfels hebt over de vochtinname van je baby in deze periode.

Na 6 maanden: Na de introductie van vaste voeding, rond de 6 maanden, kan je baby af en toe een klein beetje water aangeboden krijgen. Dit is met name belangrijk bij warm weer of als je kindje ziek is. Het is echter belangrijk om dit geleidelijk te introduceren en de hoeveelheid te beperken.

Aanbevolen hoeveelheden (richtlijnen, geen strikte regels):

De volgende hoeveelheden zijn algemene richtlijnen en kunnen per baby verschillen. Het is essentieel om naar de signalen van je kind te kijken en niet blind te vertrouwen op deze cijfers.

  • 6 tot 8 maanden: 120-130 ml water per dag kan worden aangeboden, bovenop de borst- of flesvoeding en eventuele andere voeding. Dit is geen absolute hoeveelheid, en minder kan prima zijn, afhankelijk van de inname van andere dranken en vochtrijke voeding.
  • 8 tot 12 maanden: 100-110 ml water per dag kan worden aangeboden, bovenop de borst- of flesvoeding en eventuele andere voeding. Ook hier geldt: minder is geen probleem.

Let op de signalen van je baby: In plaats van strikte hoeveelheden te volgen, is het belangrijk om alert te zijn op de signalen die je baby afgeeft. Tekenen van uitdroging zijn onder andere een droge mond, weinig natte luiers, sufheid en een ingezonken fontanel (de zachte plek op het hoofd). Neem bij twijfel altijd contact op met je huisarts of het consultatiebureau.

Vloeistoffen naast water: Naast water kunnen baby’s ook andere vloeistoffen binnenkrijgen zoals verdunde vruchtensappen (in beperkte mate). Echter, water blijft de beste dorstlesser voor een baby.

Conclusie: Hoewel de genoemde hoeveelheden een richtlijn kunnen bieden, is het essentieel om de individuele behoeften van je baby te observeren. Focus op de signalen die je baby afgeeft en raadpleeg bij twijfel altijd een professional. Deze richtlijnen dienen niet als vervanging voor professioneel medisch advies.