Hoe herken je het hoofdwerkwoord?

18 weergave
Het hoofdwerkwoord identificeer je door alle werkwoorden te onderstrepen en vervolgens te zoeken naar het werkwoord dat de belangrijkste actie in de zin beschrijft. Dit werkwoord geeft aan wat het onderwerp van de zin *doet* of *is*. Let op de betekenis en de kern van de zin; het belangrijkste werkwoord staat centraal in de gebeurtenis of toestand.
Opmerking 0 leuk

Het hoofdwerkwoord herkennen

In een zin is het hoofdwerkwoord het werkwoord dat de belangrijkste handeling of toestand beschrijft. Om het hoofdwerkwoord te identificeren, volg deze stappen:

1. Onderstreep alle werkwoorden in de zin.

2. Bepaal het onderwerp van de zin.
Het onderwerp is het woord of de zin die aangeeft wat of wie de actie uitvoert.

3. Zoek het werkwoord dat de belangrijkste actie of toestand beschrijft die het onderwerp uitvoert of is.

Dit werkwoord geeft de essentie van de zin weer en is het hoofdwerkwoord.

Voorbeeld:

  • De kinderen spelen in het park.

Werkwoorden: spelen

Onderwerp: kinderen

Hoofdwerkwoord: spelen

Het werkwoord “spelen” beschrijft de belangrijkste actie die het onderwerp “kinderen” uitvoert. Het is dus het hoofdwerkwoord.

Tips:

  • Let op de betekenis en de kern van de zin. Het hoofdwerkwoord staat centraal in de gebeurtenis of toestand.
  • Werkwoorden die beschrijvingen of toestanden aangeven (bijvoorbeeld “zijn”, “lijken”, “voelen”) zijn vaak hoofdwerkwoorden.
  • Verwar het hoofdwerkwoord niet met hulpwerkwoorden (bijvoorbeeld “hebben”, “zijn”, “worden”). Hulpwerkwoorden ondersteunen het hoofdwerkwoord.

Door deze stappen te volgen, kun je het hoofdwerkwoord in elke zin nauwkeurig identificeren.