Wat voor werkwoord is heeft?
De zin hij heeft naar huis moeten fietsen bevat drie werkwoorden: heeft, moeten en fietsen. Heeft is de persoonsvorm en is dus geen voltooid deelwoord (zww). Moeten en fietsen zijn de zwws.
Wat voor werkwoord is ‘heeft’?
In de Nederlandse taal is ‘heeft’ een hulpwerkwoord dat wordt gebruikt in de tegenwoordige tijd van de voltooide tijd. Het dient om aan te geven dat een handeling in het verleden is voltooid.
Voltooid deelwoord
‘Heeft’ is echter geen voltooid deelwoord, ofwel zww (zelfstandig werkwoord). Een zww is de verleden tijd van een werkwoord dat in combinatie met een hulpwerkwoord een voltooid deelwoord vormt.
Voorbeeldzin
In de voorbeeldzin “Hij heeft naar huis moeten fietsen” is ‘heeft’ de persoonsvorm, wat betekent dat het wordt vervoegd naar persoon en getal. De persoonsvorm geeft aan wie of wat de handeling uitvoert.
Voltooide deelwoorden
In dezelfde zin zijn ‘moeten’ en ‘fietsen’ de zwws. Deze woorden geven aan dat de handelingen ‘moeten’ en ‘fietsen’ in het verleden zijn voltooid. Samen met het hulpwerkwoord ‘heeft’ vormen ze de voltooide tijd.
Samenvatting
- ‘Heeft’ is een hulpwerkwoord in de tegenwoordige tijd van de voltooide tijd.
- ‘Heeft’ is geen voltooid deelwoord (zww).
- Zwws zijn de verleden tijd van een werkwoord en worden gebruikt in combinatie met een hulpwerkwoord om een voltooid deelwoord te vormen.
Commentaar op antwoord:
Bedankt voor uw opmerkingen! Uw feedback is erg belangrijk om ons te helpen onze antwoorden in de toekomst te verbeteren.