Wat voor soorten leidinggevenden zijn er?
Volgens het situationeel leiderschapsmodel van Hersey en Blanchard onderscheiden we vier benaderingen. Naast sturend leiderschap, waarbij instructies centraal staan, is er coachend leiderschap gericht op ontwikkeling. Ondersteunend leiderschap legt de nadruk op autonomie en vertrouwen, terwijl delegerend leiderschap taken volledig overlaat aan bekwame teamleden. Elke stijl is effectief in een specifieke situatie en afgestemd op de competentie en motivatie van de medewerker.
De kameleon aan de top: Welke type leider ben jij?
Leiderschap is geen one-size-fits-all concept. Een succesvolle leider past zijn of haar stijl aan de situatie en de medewerker aan. Net als een kameleon die van kleur verandert om zich aan te passen aan de omgeving, schakelt een effectieve leider tussen verschillende leiderschapsstijlen. Maar welke stijlen zijn er en wanneer zet je ze in?
Een veelgebruikt model om de verschillende leiderschapsstijlen te begrijpen is het situationeel leiderschapsmodel van Hersey en Blanchard. Dit model onderscheidt vier benaderingen, gebaseerd op de competentie en motivatie van de medewerker:
1. Sturend leiderschap (Directing): Bij deze stijl geeft de leider duidelijke instructies en controleert de uitvoering nauwgezet. Denk aan een kok die een nieuwe keukenhulp stap voor stap uitlegt hoe een gerecht te bereiden. Deze stijl is effectief bij medewerkers met lage competentie en hoge motivatie, bijvoorbeeld starters die enthousiast zijn maar nog veel moeten leren.
2. Coachend leiderschap (Coaching): Hierbij combineert de leider sturing met ondersteuning en ontwikkeling. De leider geeft nog steeds instructies, maar betrekt de medewerker actief bij het denkproces en stimuleert eigen inbreng. Vergelijk het met een voetbalcoach die een speler technieken aanleert, maar ook ruimte geeft voor eigen interpretatie en creativiteit. Deze stijl past bij medewerkers met enige competentie, maar mogelijk wat minder motivatie door de uitdagingen die ze tegenkomen.
3. Ondersteunend leiderschap (Supporting): Deze stijl legt de nadruk op samenwerking, autonomie en vertrouwen. De leider faciliteert en ondersteunt, maar laat de besluitvorming grotendeels over aan de medewerker. Stel je een ervaren chirurg voor die een assistent-chirurg begeleidt tijdens een operatie. De assistent heeft de kennis en vaardigheden, maar heeft af en toe nog ondersteuning nodig. Deze stijl is geschikt voor medewerkers met hoge competentie, maar die mogelijk nog wat bevestiging en vertrouwen nodig hebben.
4. Delegerend leiderschap (Delegating): Bij deze stijl delegeert de leider taken volledig aan bekwame en gemotiveerde teamleden. De leider blijft betrokken, maar geeft de medewerker de ruimte om zelfstandig te werken en beslissingen te nemen. Denk aan een projectmanager die een ervaren teamlid een deelproject toevertrouwt. Deze stijl is ideaal voor medewerkers met zowel hoge competentie als hoge motivatie.
Het is belangrijk te benadrukken dat effectief leiderschap niet statisch is. De meest succesvolle leiders zijn flexibel en passen hun stijl aan de specifieke situatie en de individuele behoeften van hun teamleden aan. Door de competentie en motivatie van de medewerker te observeren en te begrijpen, kan de leider de juiste leiderschapsstijl kiezen en zo maximale resultaten behalen. Het is de kunst van het situationeel leiderschap: de kameleon aan de top die zich aanpast om te floreren.
#Leidinggevenden#Soorten#TypenCommentaar op antwoord:
Bedankt voor uw opmerkingen! Uw feedback is erg belangrijk om ons te helpen onze antwoorden in de toekomst te verbeteren.