Hoe lang kan je verse soep eten?

Hoe lang blijft verse soep goed?

Een dampende kom zelfgemaakte soep is heerlijk verwarmend en voedzaam. Maar hoe lang kun je eigenlijk genieten van je culinaire creatie voordat deze de prullenbak in moet? Hoewel soep vaak meerdere dagen mee lijkt te gaan, is voorzichtigheid geboden. De vuistregel voor zelfgemaakte soep is simpel: maximaal twee dagen in de koelkast.

Concreet betekent dit: heb je je soep op dinsdag bereid, dan is donderdag de uiterste consumptiedatum. Het is belangrijk om deze termijn serieus te nemen. Na twee dagen neemt de kans op bacteriegroei, zelfs in de koeling, aanzienlijk toe. Deze bacteriën kunnen voedselvergiftiging veroorzaken, met vervelende gevolgen zoals misselijkheid, braken en diarree.

Waarom slechts twee dagen?

Tijdens het kookproces worden weliswaar veel bacteriën gedood, maar sporen kunnen overleven. Bovendien kan er tijdens het afkoelen en bewaren, bijvoorbeeld door contact met keukengerei of je handen, opnieuw besmetting optreden. In de koelkast vertraagt de bacteriegroei wel, maar stopt deze niet volledig. Na twee dagen is de kans groot dat de bacteriepopulatie een niveau bereikt dat schadelijk kan zijn voor je gezondheid.

Tips voor optimale bewaring:

• Koel de soep zo snel mogelijk af. Laat de soep niet urenlang op het aanrecht staan, maar verdeel hem in kleinere, ondiepe bakjes. Zo koelt de soep sneller en gelijkmatiger af.
• Dek de soep goed af met een deksel of plasticfolie om besmetting te voorkomen en uitdroging tegen te gaan.
• Bewaar de soep in de koelkast bij een temperatuur van maximaal 4°C.
• Warm de soep die je wilt eten goed door tot minimaal 75°C. Kook de soep opnieuw even goed door om eventueel aanwezige bacteriën te doden.

Invriezen voor langere bewaring:

Wil je je soep langer bewaren? Invriezen is een uitstekende optie! Gekoelde soep kan tot drie maanden in de vriezer bewaard worden. Laat de soep na ontdooien niet opnieuw invriezen.

Door deze richtlijnen te volgen, kun je optimaal genieten van je zelfgemaakte soep en tegelijkertijd voedselvergiftiging voorkomen.