Is je suiker hoger als je ziek bent?

0 weergave

Gemakkelijk herkenbare tekenen van ziekte, zoals koorts, veroorzaken stress in het lichaam. Deze stress verhoogt de behoefte aan insuline om de bloedsuikerspiegel te reguleren. Echter, bij misselijkheid, braken of diarree kan de bloedsuikerspiegel juist dalen, wat het risico op een hypo verhoogt. Ziek zijn maakt de bloedsuikerspiegel onvoorspelbaar.

Opmerking 0 leuk

Is je suiker hoger als je ziek bent? De onvoorspelbare dans tussen ziekte en bloedsuiker.

Je voelt je ellendig. Je keel doet pijn, je lichaam is slap en je hebt misschien zelfs koorts. Ziek zijn is nooit leuk, maar voor mensen die leven met diabetes brengt het een extra complexiteit met zich mee: de onvoorspelbare invloed op de bloedsuikerspiegel. Het korte antwoord op de vraag “Is je suiker hoger als je ziek bent?” is: mogelijk, maar het is zeker niet altijd het geval. Ziek zijn kan de bloedsuikerspiegel namelijk in beide richtingen beïnvloeden.

De reden achter deze grillige schommelingen ligt in de manier waarop ons lichaam reageert op een infectie of andere ziekte. Zodra je lichaam een bedreiging detecteert, schakelt het in een soort ‘gevechtsmodus’. Dit brengt stress met zich mee. Deze stress, in de vorm van hormonen zoals cortisol en adrenaline, heeft een direct effect op de bloedsuikerspiegel.

Waarom de bloedsuiker kan stijgen bij ziekte:

  • Stresshormonen: De verhoogde niveaus van stresshormonen verhogen de glucoseproductie in de lever en verminderen de gevoeligheid voor insuline. Dit betekent dat de insuline, of het nu door het lichaam zelf geproduceerd wordt of geïnjecteerd, minder effectief is in het verwerken van glucose, waardoor de bloedsuikerspiegel stijgt.
  • Ontstekingsreactie: Het immuunsysteem activeert een ontstekingsreactie om de ziekteverwekker te bestrijden. Deze ontstekingsreactie kan ook bijdragen aan insulineresistentie.

Waarom de bloedsuiker juist kan dalen bij ziekte:

De stijging van de bloedsuiker is echter niet de enige mogelijke scenario. Ziek zijn kan ook leiden tot een daling van de bloedsuiker, ook wel een hypo genoemd. Dit gebeurt vaak door:

  • Verminderde eetlust: Misselijkheid, braken en diarree, veel voorkomende symptomen van ziekte, kunnen leiden tot een verminderde eetlust en minder inname van koolhydraten. Als je minder eet, is er minder glucose beschikbaar voor het lichaam en kan de bloedsuikerspiegel dalen.
  • Braken en diarree: Deze symptomen leiden tot een aanzienlijk verlies van vocht en elektrolyten, wat de bloedsuikerspiegel verder kan ontregelen. Daarnaast kunnen medicijnen die je neemt om de symptomen te verlichten (zoals anti-emetica tegen misselijkheid) de bloedsuikerspiegel beïnvloeden.

Wat te doen als je ziek bent?

De onvoorspelbaarheid van de bloedsuikerspiegel tijdens ziekte vereist extra aandacht en zorg. Hier zijn een paar belangrijke tips:

  • Meet je bloedsuiker vaker: Controleer je bloedsuiker vaker dan normaal, zeker als je je ziek voelt. Dit helpt je om trends te herkennen en je insulinedosering of voeding aan te passen.
  • Blijf gehydrateerd: Drink voldoende water, bouillon of suikervrije dranken om uitdroging te voorkomen.
  • Eet kleine, lichte maaltijden: Zelfs als je weinig eetlust hebt, probeer dan kleine, lichte maaltijden of snacks te eten die gemakkelijk verteerbaar zijn. Denk aan crackers, toast of yoghurt.
  • Overleg met je arts of diabetesverpleegkundige: Neem contact op met je zorgverlener voor advies over het aanpassen van je insulinedosering of medicatie.
  • Let op de signalen van je lichaam: Herken de tekenen van een te hoge (hyperglykemie) of te lage (hypoglykemie) bloedsuikerspiegel en handel dienovereenkomstig.
  • Wees voorbereid: Zorg dat je een noodpakket hebt met glucagon (voor ernstige hypo’s) en snelwerkende koolhydraten (zoals dextro).

Kortom, ziek zijn brengt een extra uitdaging met zich mee voor mensen met diabetes. Door je bewust te zijn van de mogelijke effecten op de bloedsuikerspiegel en door de juiste maatregelen te nemen, kun je de onvoorspelbare dans tussen ziekte en bloedsuiker beter controleren. Het is belangrijk om te onthouden dat je niet alleen bent en dat je zorgverlener je kan helpen om een plan te maken dat is afgestemd op jouw specifieke behoeften. Blijf waakzaam, blijf communiceren en zorg goed voor jezelf.