Hoeveel moet een baby minstens drinken?

Hoeveel moet mijn baby minstens drinken? Een leidraad voor borst- en flesvoeding.

Een van de meest gestelde vragen door kersverse ouders is: “Krijgt mijn baby wel genoeg te drinken?” Het is een begrijpelijke zorg, want je wilt natuurlijk dat je kleintje alles krijgt wat het nodig heeft om gezond te groeien. Hoewel er geen pasklaar antwoord is dat voor alle baby’s geldt, zijn er wel richtlijnen die je als leidraad kunt gebruiken.

Het allerbelangrijkste is om te onthouden dat elke baby uniek is. De hoeveelheid voeding die een baby nodig heeft, hangt af van verschillende factoren, zoals de leeftijd, het gewicht, de groeisnelheid en de algemene gezondheid.

Borstvoeding: Vertrouw op je instinct en de signalen van je baby.

Als je borstvoeding geeft, is het moeilijker om precies te meten hoeveel je baby drinkt. Je baby reguleert de hoeveelheid voeding zelf aan de borst. Het is cruciaal om te letten op de signalen van je baby. Tekenen dat je baby voldoende drinkt, zijn onder andere:

• Goed aankomen: Je baby komt gestaag aan in gewicht. Dit wordt gecontroleerd tijdens de consultatiebureau bezoeken.
• Voldoende plasluiers: Minstens zes natte luiers per dag.
• Te vaak poepluiers: Minstens 3 poepluiers per dag
• Tevreden na de voeding: Je baby laat de borst los en lijkt ontspannen.
• Actief en alert: Je baby is alert en actief tussen de voedingen door.

Laat je baby drinken wanneer hij of zij erom vraagt, ook ‘s nachts. Dit wordt ook wel ‘voeden op verzoek’ genoemd. Het is een natuurlijke manier om ervoor te zorgen dat je baby voldoende binnenkrijgt en stimuleert bovendien de melkproductie.

Flesvoeding: Richtlijnen en individuele behoeften.

Bij flesvoeding is het makkelijker om de hoeveelheid te meten. Tot zes maanden drinken de meeste baby’s gemiddeld vijf tot zes keer per dag. Een algemene richtlijn is om ongeveer 150 ml per kilogram lichaamsgewicht per dag te geven. Dit is echter slechts een indicatie.

Vanaf ongeveer vier maanden kunnen sommige baby’s volstaan met vier voedingen van circa 180 ml (gemaakt met 6 maatlepels poeder). Dit is echter afhankelijk van de individuele behoeften van de baby en de concentratie van de flesvoeding. Ook hier geldt: let goed op de signalen van je baby.

Belangrijke aandachtspunten:

• Overvoeding: Forceer je baby nooit om meer te drinken dan hij of zij wil. Overvoeding kan leiden tot spugen en ongemak.
• Groei en ontwikkeling: Houd de groei en ontwikkeling van je baby in de gaten. Het consultatiebureau biedt hierin waardevolle ondersteuning.
• Consultatiebureau: Raadpleeg bij twijfel altijd het consultatiebureau of je huisarts. Zij kunnen je persoonlijk advies geven op basis van de specifieke behoeften van jouw baby.
• Variatie: De behoefte aan voeding kan per dag variëren. Op een dag dat je baby meer actief is, kan hij of zij meer honger hebben.
• Nachtvoedingen: Veel baby’s hebben ‘s nachts nog een voeding nodig, zeker in de eerste maanden.

Conclusie:

Het is cruciaal om je baby goed te observeren en te reageren op zijn of haar signalen. Elke baby is anders en heeft unieke behoeften. Vertrouw op je instinct als ouder en zoek professioneel advies als je je zorgen maakt. Met de juiste aandacht en zorg kan je ervoor zorgen dat je baby voldoende voeding krijgt om gezond en gelukkig op te groeien.