Hoe zeg je in het Spaans hoeveel kost het?

Hoe vraag je “Hoeveel kost het?” in het Spaans

In het dagelijkse leven is het vaak nodig om te vragen hoeveel iets kost, vooral tijdens het winkelen of onderhandelen. In het Spaans is er een specifieke uitdrukking om deze vraag te stellen: “¿Cuánto cuesta?” (hoeveel kost het?).

Gebruiksvoorbeelden:

• “¿Cuánto cuesta este vestido?” (Hoeveel kost deze jurk?)
• “¿Cuánto cuesta un kilo de manzanas?” (Hoeveel kost een kilo appels?)
• “¿Cuánto cuesta la entrada al museo?” (Hoeveel kost de toegang tot het museum?)

Alternatieve uitdrukkingen:

Naast de standaarduitdrukking zijn er nog twee alternatieve manieren om te vragen hoeveel iets kost:

• ¿Cuánto cuesta esto? (Hoeveel kost dit?)
• ¿Cuánto cuesta eso? (Hoeveel kost dat?)

Deze alternatieven worden gebruikt wanneer je specifiek naar de prijs van een bepaald voorwerp of ding vraagt.

Voorbeelden:

• “¿Cuánto cuesta esto?” (Hoeveel kost dit brood?)
• “¿Cuánto cuesta eso?” (Hoeveel kost die tas?)

Uitspraak:

De uitspraak van “¿Cuánto cuesta?” is als volgt:

• Cú – an – to
• cues – ta

Het woord “esto” wordt uitgesproken als “es – toe” en “eso” als “e – soe”.

Tip:

Om de uitdrukking “¿Cuánto cuesta?” correct te gebruiken, is het belangrijk om de juiste vorm van het werkwoord “costar” te gebruiken, dat verandert afhankelijk van het onderwerp. De meest voorkomende vorm is “cuesta” voor derde persoon enkelvoud (hij/zij/het).